Uitbrengen C-materiaal - laag: Aan de boorden ... tillen gelijk nu ... laag houden ... slag loopt om... twee loopt om etc.... zwenken met boeg naar steiger... nu,
Uitbrengen C -hoog: Aan de boorden ... tillen gelijk nu ... laag houden .. rechter schouder nu ... zwenken nu ... denk om de afstap.
Inleggen glad materiaal: Handen in de spanten ... voor de magen ... tenen aan de rand van het vlot ... en ver weg...nu.
Instappen: Klaarmaken om in te stappen ... instappen gelijk ... 1 ... 2 ... en 3 ... overslagen dicht ... handen aan het viot, stuur stapt in.
Uitzetten opzij: Uitzetten gelijk ... nu ... intrekken de riemen vlotzijde ... afduwen nu.
Uitzetten naar voren: Uitzetten naar voren gelijk ... nu ... hellen zeezijde...bb/sb hoog ....
Wegvaren: Slagklaar maken ... slagklaar ... (bladen bedekt, boot recht) ... af.
Brug onderdoor: We naderen de brug ... laat ... lopen ...slippen nu/intrekken gelijk ... pas op de riemen (aan bak/stuurboord/stuurboord) ... Riemen uitbrengen, wanneer dat kan ... en pak maar weer op.
Bocht maken: Laat ... lopen ... houden bak/stuurboord ... overheilen naar het houdende boord ... en bedankt. We gaan ronden over bak/stuurboord (om en om) ... bak/stuurboord begint met strijken /we beginnen met strijken aan bak/stuurboord ... rondmaken nu.
Stoppen: Laat ... lopen ... vast (roeien) ... en houden beide boorden ... En bedankt (houden beide boorden).
Noodstop: Houden....nu!
Oefening uitvoeren: (Voorbeeld) We gaan zo drie halen opbouwen, gevolgd door tien halen hard....... Drie plus tien ... na ... nu.
Aanleggen: We naderen het vlot ...... light paddle ... laat ... lopen... riemen aan bak/stuurboord hooq ... klaarmaken om te houden ... houden.
Uitstappen: Handen aan het vlot, stuur stapt uit ... overslagen los ... klaarmaken om uit te stappen ... uitstappen gelijk ... 1 ... 2 ... en 3.
Uit water tillen glad hoog: Aan de boorden ... tillen gelijk nu ... boven de hoofden hoog ... handen in de spanten... met kiel over Lagewal. Op de schragen ... nu.
Bak/stuurboord sterk: Roeiers halen harder, boot maakt ruime cirkel
Houden bak/stuurboord: Roeiers houden, boot maakt krappe cirkel
Boot ligt stil: strijken
Strijken bak/stuurboord: Roeiers halen harder, boot maakt ruime cirkel
Strijkhaaltje bak/stuurboord: Roeiers houden, boot maakt krappe cirkel
Klapje strijken bak/stuurboord: Roeiers maken vaste bank haal, boot beetje vooruit
Slippend strijken bak/stuurboord: Boeg maakt hele halen, boot schuin opzij
Strijken beide boorden: Roeiers strijken, boot naar achteren
Bak/stuurboord halen: Roeiers halen harder, boot maakt ruime cirkel
Haaltje bak/stuurboord: Roeiers houden, boot maakt krappe cirkel
Klapje halen bak/stuurboord: Roeiers maken vaste bank haal, boot beetje vooruit
Halen bak/stuurboord boeg: Boeg maakt hele halen, boot schuin opzij
Haaltie bak/stuurboord boeg: Boeg maakt eén hele haal, boot beetje schuin opzij
Klapje halen bak/stuurboord boeg: Boeg maakt vaste bank haal, boot klein beetje schuin opzij
Boeg inpikhaaltjes: Boeg maakt in inpik houding kleine haaltjes, punt verplaatst alleen zijwaarts
Ronden over bak/stuurboord: Roeiers strijken en halen, boot draait om zijn as (zie links)